

AOM 98, Lijn KCz, Kattenburg, 189x
Foto: verzameling René van Lier
Amsterdamsche Omnibus Maatschappij - Serie 91-102
Serie: 91-102
Type: Kleine dichte paardentramrijtuig
Bouwjaar: 1883
Fabrikant wagenbak: Beijnes
Lengte : 4780 mm(wagenbak met balkons)
Lengte : 2900 mm(wagenbak zonder balkons)
Lengte : 940 mm(balkons)
Breedte: 2030 mm
Hoogte:
Radstand: 1500 mm
Wieldiameter:
Gewicht :
Aanschafprijs :
Passagiersindeling : 12-12
In 1882 werd een overeenkomst met Beijnes gesloten voor levering van twaalf kleine gesloten paardentramrijtuigen. Zij waren opzij 20 mm hoger dan de voorgaande wagens en de ramen waren van buiten ingezet. De remblokken zaten aan de binnenkant van de wielen.
In de periode 1880-1883 waren de rijtuigen voor iedere lijn in specifieke kleuren geschilderd: bruin/geel, bruin, blauw, geel, groen/zwart, grijs, groen, rood.
De wagens waren bij aflevering geheel groen uitgevoerd.
Vanaf 1883 af werden de rijtuigen blauw met bruine panelen. De maatschappijnaam werd voluit op het onderpaneel gezet, eerst met grote letters over de gehele lengte en vervolgens met kleinere letters op drie regels in het midden.
Voor 1880 was men al begonnen langwerpige koersborden opzij op het dak en ronde op de kop van de luifels te plaatsen. In 1883 kwamen er drie kortere borden opzij op het dak en kopborden in per lijn verschillende vorm en kleur.
Van 1888 tot 1894 stonden in plaats van de zijkoersborden reclameborden met de tekst "Van Houten's Cacao de beste - goedkoopste in gebruik"op het dak. Kort na de invoering hiervan kwam er één kort zijkoersbord midden op het bovenpaneel.
Rond 1893 werd 1 staanplaats op het voorbalkon verminderd, waardoor het aantal plaatsen nu 5+12+6 werd, ofwel 12-11.
Omstreeks 1895 werden de luifels(van het Beijnes-model) hoger geplaatst, de kopraampjes bij het dak verwijderd en lijnkleurlichten opzij gemonteerd. De stangen tussen de balkonschermen en de luifels zullen bij deze gelegenheid zijn verwijderd, als dit niet reeds eerder was gebeurd. Tevens werden regenlijsten bovenaan de bak gemaakt en hierboven een rond de bak en de luifels doorlopende lijst aangebracht. Iets later werd begonnen met het plaatsen van lichtopeningen met verwisselbare gekleurde glazen voor lijnaanduiding bij avond. Zij kwamen in de bovenpanelen rechts opzij, bij de reeds aanwezige lampen, die licht naar voren en naar achteren gaven door openingen in de kopschotten en tevens het inwendige van de rijtuigen verlichtten. De bel hing aan de rand van de luifel. Dit bleef zo, toen de luifels hoger werden gezet.
In 1900 kwamen de wagens in handen van de Gemeentetram Amsterdam(GTA). Bij de GTA werd andermaal de plaatsindeling gewijzigd in 12-10, waarbij nu op beide
balkons 5 staanplaatsen werden toegestaan.
Van 1900 af werden op een aantal lijnen geen kopborden meer gebruikt, maar een klapbord dwars midden op het dak.
Bij de Gemeentetram werden al snel een aantal paardentramwagens provisorisch in gebruik genomen als elektrische bijwagen. Deze wagens werden provisorisch als aanhangrijtuig gebruikt, waarbij zij wel van koppelingen werden voorzien, maar bijvoorbeeld nog niet van elektrische verlichting. Uiteindelijk ging men de wagens geheel ombouwen tot elektrische bijwagen. Hierbij kregen de wagens elektrische verlichting en elektrische schelgeleidingen. Het ging ook om het aanbrengen van elektrische koppelingen, het vervangen van de kettingen op de balkons door afsluithekjes, het aanbrengen van nieuwe treeplanken, het aanbrengen van betaalkleppen in plaats van schuifjes voor het bedienen van de reizigers op het voorbalkon vanuit het middengedeelte van de wagens. Tevens werden hierbij hun balkons verlengd en elk van vier zitplaatsen voorzien. In totaal boden zij zo 20 zit- en 18 staanplaatsen(9+4+12+4+9). De 91-93 werden als eersten in 1905 behandeld, waarna men de 122, 124 en 128 onder handen nam van de serie 122-133 en de GTA gaf deze na ombouw de nummers 94-96. De oude 94-96 uit deze serie 91-102 werden toen in 98, 122 en 128 vernummerd. De oude 98 werd hierdoor weer vernummerd in 124. Hierna werden de 97, 98(ex-94), 99 en 101 behandeld, die allen nog in 1905 als aanhangrijtuig gereed kwamen, alsmede de 100 en 102, die in 1906 gereed waren. Deze wagens 97-102 kregen hierbij gelijk zakkende zijramen.
In november 1906 kregen de wagens smeedijzeren wielen i.p.v. stalen en een solenoïde rem(elektrische rem) én in 1908 werden de 91-93 alsnog voorzien van zakkende ramen.
Omdat de bij de zitplaatsen op de balkons aangebrachte zeilen niet voldeden, werden in 1908 bij al deze rijtuigen de zijwanden verlengd. Ook deze verbouwde rijtuigen werden met een solenoïderem uitgerust.
In 1909 kreeg de gehele serie 91-102(dus inclusief de drie wagens uit de reeks 122-133, die hiernaartoe waren vernummerd) een ander onderstel van Werkspoor.
In 1914 werden ook een luchtfluit geplaatst vanwege het invoeren van fluitsignalen ter waarschuwing van de conducteur in de motorwagen die deze weer doorgaf aan de bestuurder van de motorwagen. Die fluitsignalen waren zelfs tweetonig in verband met het rijden met twee bijwagens, elk met zijn eigen toon, de tweede met de laagste. De bijwagens kregen tevens een solenoïderem. Het elektrisch remmen was in die dagen van rustig verkeer nog een uitzondering. Als een bestuurder daartoe overging, moest hij dat speciaal in zijn dagrapport zetten.
Na 1912 werd een tweede nieuw nummerschema door de GTA geïntroduceerd voor de elektrische paardentrambijwagens, waarbij de wagens werden vernummerd in de reeks 551-562. Voor het verdere verloop bij deze wagen verwijzen wij u naar het serieblad 51(serie 501-562)
De 122(ex-95), 124(ex-98) en 128(ex-96) werden in 1907 afgevoerd. De bakken werden carrosserie voor de in 1908 in dienst gestelde autobussen 1-6 van de Gemeentetram Amsterdam(zie hiervoor serieblad 1 bij de Amsterdamse Stadsbussen op deze website). De autobussen kwamen op 7 april 1908 in dienst op de nieuw ingestelde autobuslijn 14, maar hielden het slechts een paar maanden vol en reeds op 25 juni 1908 buiten dienst. De bakken van de bussen 1-6 gingen in 1909 naar de ESM(Electrische Spoorweg Maatschappij), die de bakken twee aan twee op een onderstel plaatste en hiermee tot de "nieuwe" rijtuigen 82-84 verbouwde(later B82-84). De wagens kwamen te rijden op de lijn Haarlem - Bloemendaal en na 1922 ook weer in Amsterdam in dienst, namelijk op de lokaaldienst Amsterdam - Sloterdijk. In 1934 werden de rijtuigen afgevoerd.
In hun hele loopbaan hebben de wagens 91-102 slechts op een beperkt aantal paardentramlijnen dienst gedaan,tw.:
Toen in 1883 kleiner materieel werd aangeschaft, kwamen die wagens, de 91-95, op lijn LO (Leidscheplein - Amstelveenscheweg), geëxporteerd vanuit de remise Bremerlehe(vanf 8-1884 remise Amstelveenscheweg) in dienst, aangevuld met enkele standaardwagens uit diverse series.
Na een korte beginperiode in 1883(in dienst per 02-02-1883) toen op de nieuwe lijn DA (Dam - Amsteldijk(Beerebijt), geëxploiteerd van uit de remise Amsteldijk, toen met nieuw klein materieel(de 91-102) werd gereden, werd de lijn al gauw met standaardmaterieel uitgevoerd.
Sedert de opening van lijn KCz (Kadijksplein - Czaar Peterstraat), gereden vanuit de remise Tweede Leeghwaterstraat, op 19-12-1884 werd met klein materieel, de 96-102, gereden. Sinds april 1900 kon men hier ook de kleine 75-78 ontmoeten en sinds april april 1902 vooral de 91-98.
In 1886 reden de 91-95 als vaste dienstwagens 1 t/m 5 op lijn LO. De 96-100 waren de vaste dienstwagens 1 t/m 5 op lijn KCz en de 101 en 102 waren de reservewagens voor deze lijn, die dus alleen ingezet werden als één van de vaste wagens defect was en weer op reserve gingen zodra die weer gerepareerd was.
In de zomer van 1893 was de indeling als volgt: De 91 t/m 95 waren nog steeds de vaste wagens 1 t/m 5 op lijn LO normaal en bij drukte op deze lijn was de 91 de dienstwagen 1 en de 92-95 als reservewagens ingedeeld. De 96-102 hadden dezelfde indeling als in 1886.
Op lijn DB (Dam - De Clercqstraat), geëxploiteerd vanuit de remise Stadhouderskade(vanaf 1900: remise Potgieterstraat), die eind 1896 was ingesteld bleek het aanvankelijk dienstdoend materieel teveel van het goede, zodat in juni 1897 de kleinere wagens 75-78 en 91-95 hiernaartoe verhuisden. Na 31 mei 1900, toen de lijn naar de Eerste Constantijn Huygensstraat werd verlengd, werden de 75-78 vervangen door de 129-133. In april 1901 werden de kleine wagens op deze lijn vervangen door standaardmaterieel.
In de zomer van 1900 waren de 91-97 de vaste dienstwagens 1 t/m 7 op lijn DB, waarbij bij mooi weer de 91, 92, 94, 95 en 97 werden vervangen door de open rijtuigen 79, 80, 222, 223 en 241. De 100 was dienstwagen 5 op lijn KCz en de 98, 99, 101 en 102 waren reservewagens op die lijn.
| Vernummerd | Vernummerd | Verbouwd tot | Voorzien van | Laatste inzet | |||||||
| Wagennr. | Aflevering | In Dienst | Op Lijn | op | in | elektrische bijwagen | verlengd balkon | Buiten Dienst | op lijn | Afvoer op | Afvoer naar |
| 91 | - -1883 | -02-1883 | --- | --- | -05-1905 | -05-1905 | -11-1913 | -11-1913 | "Vernummerd tot GTA-aanhangrijtuig 551" | ||
| 92 | - -1883 | -02-1883 | --- | --- | -06-1905 | -06-1905 | -05-1914 | -05-1914 | "Vernummerd tot GTA-aanhangrijtuig 552" | ||
| 93 | - -1883 | -02-1883 | --- | --- | -07-1905 | -07-1905 | -06-1913 | -06-1913 | "Vernummerd tot GTA-aanhangrijtuig 553" | ||
| 94 | - -1883 | -02-1883 | -12-1905 | 98 | -12-1905 | -12-1905 | -07-1914 | -07-1914 | "Vernummerd tot GTA-aanhangrijtuig 558" | ||
| 95 | - -1883 | -02-1883 | -12-1905 | 122 | --- | --- | - -1906 | - -1907 | gesloopt(wagenbak hergebruikt voor GTA-autobus 1) | ||
| 96 | - -1883 | -02-1883 | -07-1905 | 128 | --- | --- | - -1906 | - -1907 | gesloopt(wagenbak hergebruikt voor GTA-autobus 6) | ||
| 97 | - -1883 | -02-1883 | --- | --- | -12-1905 | -12-1905 | -08-1914 | -08-1914 | "Vernummerd tot GTA-aanhangrijtuig 557" | ||
| 98 | - -1883 | -02-1883 | -12-1905 | 124 | --- | --- | - -1906 | - -1907 | gesloopt(wagenbak hergebruikt voor GTA-autobus 3) | ||
| 99 | - -1883 | -02-1883 | --- | --- | -11-1905 | -11-1905 | -05-1914 | -05-1914 | "Vernummerd tot GTA-aanhangrijtuig 559" | ||
| 100 | - -1883 | -02-1883 | --- | --- | -02-1906 | -02-1906 | -09-1913 | -09-1913 | "Vernummerd tot GTA-aanhangrijtuig 560" | ||
| 101 | - -1883 | -02-1883 | --- | --- | -11-1905 | -11-1905 | -10-1913 | -10-1913 | "Vernummerd tot GTA-aanhangrijtuig 561" | ||
| 102 | - -1883 | -02-1883 | --- | --- | -02-1906 | -02-1906 | -10-1913 | -10-1913 | "Vernummerd tot GTA-aanhangrijtuig 562" |


